Column

Heading

Column

Groot voorstander van grensoverschrijdend verdrag

Als het gaat om bedrijvigheid en -economische- groei, dan kijken wij vanuit Twente toch vooral naar het westen. Via de A1, waar je net voorbij Deventer en Apeldoorn al snel de poort van het zakelijke walhalla bereikt; de Randstad. Een agglomeratie met een economische motor, die met een bruto regionaal product van zo’n 370 miljard euro, keurig bovenin meedraait in allerlei Europese lijstjes. Benieuwd welke regio het in die lijstjes altijd voor zich moet dulden? Juist, u voelt hem al aankomen; het voor ons op steenworp afstand gelegen Rijn-Ruhr gebied.

Rijd bij De Lutte de grens over, en je begeeft je in Nordrhein-Westfalen. Een deelstaat met een economische motor die elk jaar maar liefst 700 miljard euro genereert. Hier ligt een unieke kans voor Twente! In plaats van ons op te stellen als een regio buiten de Nederlandse Randstad en tegelijkertijd een regio buiten het Duitse Ruhrgebied, zou Twente zich juist moeten profileren als hét centrale knooppunt dat deze beide economische machten met elkaar verbindt. Een centraal knooppunt dat naast een geografisch ideale ligging, beschikt over een hoogwaardige infrastructuur, toonaangevende onderwijsinstellingen, innovatieve bedrijvigheid en krachtig leiderschap, zowel bestuurlijk als ambtelijk.

De regio Twente positioneren als centraal knooppunt is een proces. En het is bij dit soort processen van groot belang dat je momentum weet te pakken. En dat momentum kon ons nog wel eens gunstig gezind zijn. Vorig jaar presenteerde RaboResearch het onderzoeksrapport Kracht van Oost 2.0 dat vaststelde; “De Randstad is nog het economisch zwaartepunt, maar het levert duidelijk in en de groei zit in het oosten”. Tegelijkertijd zien we aan de andere kant van de grens, een Ruhrgebied dat de aankomende decennia enorm gaat investeren in de transformatie naar een toekomstbestendige economie. Daarnaast is onlangs de discussie over de Noordtak van de Betuwelijn losgebarsten. Welk standpunt je ook inneemt met betrekking tot die Noordtak, het verplicht ons tot nadenken over een integrale aanpak van infrastructurele kwesties in onze regio.

Bovenstaande drie factoren maken dat er de aankomende jaren een uitgelezen kans ligt, om langgekoesterde doelen en wensen te vervullen en concreet invulling te geven aan een corridor (of ontwikkel-as, zo u wilt) die loopt van Zwolle – via Twente – naar Münster, en die onze regio voor misschien wel decennia van een brede welvaart gaat voorzien.